Wie Wenen bezoekt kan als protestant de vraag voelen opkomen: Is er in deze stad, eens de hoofdstad van de rooms-katholieke Habsburgers, ooit tot reformatie opgeroepen? Het antwoord is helder: Welzeker, de voor velen niet echt bekende ex-priester Paul Speratus heeft op zondag 12 januari 1522 in de beroemde Stephansdom van Wenen – jawel – een reformatorische preek gehouden. Maar wat heeft dat uitgewerkt? In Oostenrijk is de Rooms-katholieke kerk bijna helemaal overeind gebleven, toch heeft het Woord van Christus via een reformatorische verkondiging geklonken in de oren van veel Oostenrijkers. Wie was Paul Speratus dat hij het aandurfde om in Wenen te preken?
Veelzijdige opleiding
Paul Speratus was een leeftijdgenoot van Luther en Zwingli; hij was geboren op 13 december 1484 in Röteln (vroeger ook wel: Rötlen), een dorpje in Württemberg. Over zijn jeugd is weinig bekend, maar de indruk bestaat dat zijn ouders redelijk vermogend waren. Paul kreeg de mogelijkheid te studeren in het dichtbij gelegen Freiburg im Breisgau, daarna in Parijs, vervolgens aan academies in Italië en ook nog in Wenen. Tijdens zijn studies zal hij de naam Speratus hebben aangenomen als vertaling van het woord hoop, daarmee gaf hij aan dat hij graag als ‘man van de hoop’ door de wereld zou willen gaan.
Speratus promoveerde in drie wetenschappen: filosofie, theologie en rechten. Toch koos deze breed georiënteerde jongeling niet voor een wereldlijke loopbaan, maar voor de kerk. Hij werd in 1506 tot priester gewijd en diende in Rooms-katholieke parochies in het Oostenrijkse Salzburg en Dinkelsbühl (in midden-Frankenland, noordelijk van Beieren). Volgens zijn biograaf Tschackert (1891) is Speratus in die tijd eervol in de adelstand verheven, d.w.z. benoemd tot ‘pauselijke en keizerlijke paltsgraaf’. Speratus had daarmee een vaste status in kerk en staat. Toch werd zijn betrokkenheid tot paus en keizer danig op de crisis gebracht: in Wittenberg had Luther zijn stem verheven tegen de kwalen van de kerk, wat voor Speratus aanleiding werd zich meer en meer op de toen begonnen reformatie te oriënteren. Maar voorlopig bleef hij dienen als geestelijke in de Rooms-katholieke kerk.
Speratus leest Luther
Nog in februari 1519 werd Speratus verbonden aan de Domkerk van Würzburg. Hier was nog weinig te merken van beroering vanwege de zaak-Luther. Dat was voor een niet onbelangrijk deel te danken aan het behoedzame beleid van de bisschop van Würzburg, Laurens van Bibra, die openlijk liet weten de 95 stellingen van de Wittenberger wel te kunnen waarderen – hij maakte daar geen kwestie van, waardoor er geen onrust hoefde te ontstaan in zijn diocees. Tot in de hoogste kringen van de geestelijkheid in Würzburg bestond waardering voor Luthers optreden.
In deze ‘reform-vriendelijke’ atmosfeer kon Speratus rustig verder studeren in de geschriften van Luther. Dat werd anders toen in 1519 een nieuwe bisschop aantrad, Konrad von Thüngen, die de reformatorische vernieuwingsbeweging in zijn bisdom begon te onderdrukken.
Geheim huwelijk
Speratus heeft al snel na 1517 een consequentie getrokken uit de reformatorische leer; hij heeft dat helemaal zelfstandig gedaan: hij tra in het huwelijk, maar wel in et geheim. Onopvallend voor velen, want iedere priester had een vrouw in huis die de huishouding deed. En veel geestelijken sliepen ook bij hun huishulp. En als er een kind werd geboren, betaalde hij ‘gewoon’ de vereiste boete en daarmee was aan de kerkelijke regels voldaan. Maar Speratus ging een stap verder: hij sloot in 1519 een echt geheim huwelijk, dat in een later stadium gewettigd en dus publiek erkend werd door de protestantse kerk. Zijn levensgezellin was Anna Fuchs, waarschijnlijk een zus van een van de hoge geestelijken in het bisdom Würzburg. Het bijzondere is wel dat hij hiermee een van de eersten, zo niet de eerste, was in de kring van de volgelingen van Luther. De hervormer trouwde zelf ‘pas’ in 1525. Maar al heel gauw kreeg de nieuwe bisschop de informatie over Speratus’ huwelijk te horen. Het was voor hem een nieuw, aanvullend bewijs van de ‘ketterse’ neigingen van een van zijn priesters. Het celibaat was er toch niet voor niets!
Het gevolg was dat de bisschop enkele pittige besprekingen heeft gevoerd met Speratus en dat het eind van het liedje was dat de priester werd ontslagen. Hij diende te vertrekken en zicht zijn toevlucht in Salzburg, waar aartsbisschop Matthias Lang bekend stond als een reformatiegezinde geestelijke. Daar diende Speratus ook als Domprediker, totdat de aartsbisschop onverwacht toch terugkeerde naar de voluit roomse kerkelijke tucht en Speratus uit zijn ambt zette.
Speratus’ eerste reformatorische geschrift
Hoewel hij afscheid had moeten nemen was Speratus zijn broeders en zusters in de parochie niet vergeten en hij zorgde er ook voor dat zij hem niet zouden vergeten. Hij ging te werk om een boekje van Luther te vertalen dat hem heel toepasselijk leek voor zijn hoorders in de steden die hij had moeten verlaten. Luthers werk was in het Latijn geschreven en nu zorgde Speratus ervoor dat er een Duitse editie werd uitgegeven. Het ging om het volgende geschrift: Von dem Allernötigsten: Wie man Diener der Kirche wählen und einsetzen soll, in goed Nederlands: Over het hoogstnodige: hoe men dienaren van de kerk moet kiezen en inzetten. In een ‘Woord vooraf’ zette Speratus de toon: voluit evangelisch en tegelijk anti-hiërarchisch (tegen Rome) liet hij weten dat hij in geest van het Evangelie had gewerkt in de twee grote steden waar hij was aangesteld. En Luthers tekst liet zien hoe hij wilde dat men als gemeente de dienaren aanstelde en van hen verlangde dat ze op een open wijze het goddelijk Woord preekten en het pastoraat te verrichten. Daarbij wenste Speratus ook dat het Avondmaal in twee gedaanten aan alle gelovigen zou worden bediend.
Via Wenen naar Boedapest
Het was de bedoeling van Speratus dat hij in Ofen, een stadsdeel van Boedapest, enkele vrienden zou bezoeken. Daarvoor reisde hij via Wenen (over de Donau?). Hij kwam daar aan in de tweede week van januari 1522. Speratus kreeg de officiële uitnodiging om daar op zondag te preken in de Stephansdom. En zo gebeurde het dat een grote schare in de Dom de Woordverkondiging hoorde van een man die zijn rechten daarop had verloren (maar wat men in Wenen vermoedelijk nog niet wist). Hij preekte in voluit reformatorische zin over de eerste tekstwoorden van Romeinen 12, waarin gelovigen werden opgeroepen te beloven hun lichaam in dienst van God te stellen als een levend, heilig en Gode welgevallig offer. Dit kan alleen met een beroep op Gods barmhartigheid. Zo zier de ware eredienst er volgens het evangelie uit! Daar moet niets bij zijn van de eigen gerechtigheid van de mens. Het is alles genade! De door de kerk zelf verzonnen geloften, zoals monniken die bijvoorbeeld afleggen, gelden hier niet – met die geloften is de mens uit op eigen gerechtigheid en die heeft geen enkele waarde. Speratus verdedigde intussen dus de verbreking van de celibaatsgelofte, zoals hij zelf had gedaan. Leven in de vrijheid van Christus, dat moet het grote doel zijn van de gelovigen. En dat kan alleen in de weg van geloof en genade.
De uitwerking van Speratus’ preek in de Dom
Onder de Wener geestelijken ontstond grote opwinding. Er waren ook hoge geestelijken en professoren aan de faculteit die deze ‘ketter’ onmiddellijk een proces wilden aandoen. In de nieuwe week ging zijn boodschap de hele stad door. Maar de kerkleiding en de universiteit, die het inquisitierecht had, lieten er geen gras over groeien: al op maandag 20 januari lieten ze weten dat deze prediker was geëxcommuniceerd. Op plakkaten werd dat overal in de stad afgekondigd. Wenen stopte zijn oren dicht voor het verkondigde evangelie.
De stad Wenen kreeg in 1529 te maken met een belegering van de Turken die uiteindelijk afgeslagen werd. Maar wellicht is toen de invloed van Luther groter geworden, ook via zijn lied Ein feste Burg ist unser Gott.
Decennia later bleek dat de stadsbevolking van Wenen protestantsgezind was, maar een elite van rooms-katholieken vormde feitelijk een minderheid. De Habsburgse landsheer duldde echter geen evangelische kerkdiensten in zijn stad. In 1578 begon de Contra-Reformatie in Wenen. Pas in 1781 werd de officiële tolerantie afgekondigd, waarbij aan elke godsdienst de vrijheid werd gegeven die men verlangde. Dat is dan vooral te danken aan de Aufklärung, ofwel de Verlichting.
Het vervolg van Speratus’ reis
De met de Weense ban getroffen Speratus zette zijn reis naar Boedapest wijselijk niet voort. Hij verlegde zijn route via Praag naar het veiliger Wittenberg. Onderweg kreeg hij inzage in de door de Weense theologen opgestelde tekst met negen citaten uit zijn preek, op grond waarvan hij was geëxcommuniceerd, pakte hij zijn ganzenveer en schreef een geharnast betoog tegen deze in zijn ogen felle kwaadsprekerij. Het geschrift kreeg de titel Der Wiener Artikel wider Paulum Speratum sammt seiner Antwort, d.i. De Weense artikelen tegen Paul Speratus inclusief zijn antwoord. In EWenen zetten de heren hun stekels nog een keer op en schreven een feitelijk onwaardige tekst tegen Speratus, die werd afgeschilderd als het grootste gevaar. Daarmee was de zaak afgedaan. Eind 1523 kwam Speratus in Wittenberg bij zijn medestanders aan, nadat hij onderweg nog enkele maanden als pastor had gediend in de mijnstad Iglau (dat nu Jihlava heet en in Tsjechië ligt). Daar preekte hij als evangelische voorganger, maar werd gevangengenomen op last van de bisschop van Olmütz en als ketter ter dood veroordeeld. Maar de terechtstelling op de brandstapel ging niet door, omdat adellijke beschermheren dat wisten te voorkomen. Speratus kon met zijn vrouw en kinderen doorreizen naar Wittenberg.
Verdere levensloop
Het voert te ver om het hele levensverhaal van Speratus hier breed te schetsen. We stippen de hoofdlijn aan en vermelden voor twee plaatsen enkele bijzonderheden.
- Wittenberg: voor Luther vertaalde hij enkele van diens Latijnse geschriften in het Duits; ook dichtte hij enkele gezangen die door Luther in 1524 in het Evangelisch Gesangbuch werden opgenomen, daaronder het bekend geworden lied ‘Es ist das Heil uns kommen her’ (Evang. Gesangbuch 342). In het (eerste) Nederlandse Liedboek van de Kerken is dat lied 344.
- Koningsgbergen(nu Russisch, Kaliningrad): vanuit deze Oost-Pruisische stad aan de Oostzee kreeg Speratus de uitnodiging van hertog Albrecht van Brandenburg-Ansbach om daar als stadsprediker te komen werken met de opdracht de Reformatie door te voeren; Luther gaf een warme aanbeveling. In 1525 werd er een begin mee gemaakt en Speratus heeft zijn verdere leven daar als geestelijk leider gediend. Hij kreeg de titel van ‘bisschop van Pomesanië’, 1530. Hij stelde een reeks van kerkelijke regelingen op en deed ook zeer verdienstelijk werk voor de liturgie in de kerkdiensten. Hij probeerde rekening te houden met de diverse etnische groepen in Oost-Pruisen, t.w. Duitsers, Polen, Litouwers en immigranten uit Bohemen en Holland. Een van de Duitsers was de uit Neurenberg afkomstige theoloog Andreas Osiander die een theologie ontwikkelde waarin hij op onderdelen afweek van de lutherse leer van de rechtvaardiging door het geloof alleen. Speratus heeft leidinggegeven aan het onderzoek naar Osianders leer – het geheel van deze kwestie kreeg de naam de Osiandrische strijd.
Paul Speratus is in Marienwerder, de bisschoppelijke residentie (nu: Kwidzyn in Polen), overleden op 12 augustus 1551.
Literatuur
Martin Graf: Paul Speratus, der Reformator Altpreußens, der evangelische Bischof von Pomesanien.Königsberg 1917
Paul Tschackert, Paul Speratus von Rötlen, evangelischer Bischof von Pomesanien in Marienwerder. Halle 1891