Scandinavië is voor velen een tamelijk onbekend gebied als het gaat om de vraag of daar ook iets gebeurd is in verband met de Reformatie in de 16de eeuw. Over Denemarken is wellicht nog bekend dat behalve Hans Tausen ook Johannes Bugenhagen vanuit Wittenberg als medewerker van Luther door de koning geroepen werd om de reeds begonnen kerkhervorming verder in goede banen te leiden. En omdat Noorwegen toen ook onder de macht van de Deense vorsten viel, is de Reformatie ook daar ingevoerd. Allemaal van bovenaf en deels van buitenaf. Maar Zweden? Is het daar ook zo gegaan? Of heeft men in dit deel van Scandinavië met mannen uit het eigen volk de kerk trachten te hervormen? Olaus en Laurentius Petri kunnen het antwoord geven.
Zweden als christelijke natie
De (latere) Scandinavische koninkrijken Denemarken en Zweden zijn vanaf de 8ste eeuw gekerstend; de Vikingen die we kennen als handelaren en rovers kwamen in de loop van vele eeuwen tot geloof in Christus. Dat was het gevolg van het optreden van Angelsaksische missionarissen. De genoemde Scandinavische landen kregen in respectievelijk 1104, 1154 en 1164 hun eigen aartsbisdommen, die directe verantwoording moesten afleggen aan de paus.
De bekering tot het Christendom an de Scandinavische mensen had veel tijd nodig, omdat men vaal vasthield aan de Germaanse goden. Ook speelden de grote afstanden mee en had de lage bevolkingsdichtheid een extra inspanning nodig om een netwerk van kerken tot stand te brengen. In Zweden heeft Olof de Schatkoningzich als eerste vorst omstreeks 1008 te Husaby laten dopen, waarschijnlijk door de Engelse missionaris Siegfried. Zijn doop was een voorbeeld en een stimulans voor verdere kerstening van Zweden.
Doordat de meeste Scandinaviërs in naam christen werden, duurde het erg lang voor het christelijk geloof zich daadwerkelijk onder alle inwoners een vaste plaats wist te verwerven. Dat proces heeft eeuwen geduurd en is door de kerkleiding nooit als voltooid beschouwd. Uitwendig christendom met soms fraaie kerkgebouwen waar op zondag slechts een klein aantal mensen bijeenkwam. Veel mensen volstonden met geloof in een ‘zegevierende Christus’ die een centrale tol speelde in de vestiging van het christendom onder de Vukingen die nu een goddelijke vrede hadden leren kennen. Maar dat die Christus ook zegevierde in de harten van de kerkmensen, daarvoor was niet altijd plaats. Met de oprichting van het aartsbisdom Uppsala in 1164 werd de uiterlijke kerstening van Zweden feitelijk als voltooid beschouwd.
Studie in Wittenberg
De reformatorische stemmen uit Duitsland gingen in de 16deeeuw niet aan de Zweedse kerkdeuren voorbij. Dat was in de eerste plaats te danken aan het handelscontact tussen Zweden en de Duitse Hanzesteden Rostock en Danzig. Een belangrijk Zweeds centrum was de bisschopsstad Strängnes, aan de Zweedse oostkust. Daar kwamen veel reformatorische boeken en vlugschriften binnen. Maar in de persoonlijke sfeer moeten we letten op de in 1493 te Örebro geboren Olaus Petri die juist in de jaren 1516 tot 1518 eerst in Leipzig en daarna in Wittenberg studeerde en dus Luthers actie met de 95 stellingen op 31 oktober 1517 van dichtbij heeft meegemaakt. In die jaren nam hij de eerste beginselen in zich op van Luthers theologie, van Melanchthon kreeg hij nog weinig mee omdat deze pas in augustus 1518 in Wittenberg met zijn colleges was gestart. Naast Olaus studeerde ook zijn jongere broer Laurentius (geboren in 1499) in Wittenberg. Samen keerden ze terug naar Zweden. De bootreis erheen ebben ze nauwelijks overleefd door een zware storm die hen deed belanden op het Zweedse eiland Gotland. Daar maakten de gebroeders Petri zich verdienstelijk doordat Olaus er ging preken en Laurentius er lesgaf aan een school. Daarmee gaven ze hun ‘visitekaartje’ af voor hun vaderland.
Actief in Zweden
Toen Olaus Petri in zijn vaderland terugkeerde kreeg hij eerst de functie van secretaris van de bisschop van Strängnes. Hij werd in 1520 gewijd tot diaken en kreeg toestemming om te preken. Hij nam zich voor om de vernieuwde Bijbelse inzichten van Luther ook in Zweden uit te dragen. Dat deed Olaus Petri door o.m. het zogeheten rozenkransgebed te bekritiseren – dat was uitgegroeid tot een uitwendige zaak en men deed het vaak uit pure gewoonte (en soms uit bijgeloof). Evenzo trad zijn broer Laurentius op tegen bepaalde uitwassen. Beiden benadrukten dat het heil van God alleen in Christus te vinden was: solus Christus.
Maar deze preken werden niet door iedereen gewaardeerd: een van de bisschoppen uit een naburige regio liet in zijn eigen drukkerij pamfletten tegen deze verkondiging drukken. De commotie was groot. Zeker toen Olaus Petri door deze ontstemde bisschop tot ketter werd verklaard.
In 1526 gaf Petri zijn Zweedse vertaling van het Nieuwe Testament uit; daarnaast stelde hij ook een catechismus samen. In 1528 schreef hij Een liten boock om sacramenten(Een klein boek over de sacramenten) waarin hij = in tegenstelling tot de door Rome erkende zeven sacramenten = het aantal op twee hield: Doop en Avondmaal. Deze sacramenten werden, aldus Petri, door de Heilige Schrift voorgeschreven, de andere waren door de kerk toegevoegd.
Anti-Rome
Nu hadden deze broers in zoverre de wind mee dat de in 1523 aangetreden koning Gustaaf Wasa zich tegen paus Clemens VII keerde die in Zweden een voor de koning niet-acceptabele aartsbisschop had aangewezen. Daarom was de koning erg geporteerd voor e kerkelijke vernieuwing door de beide broers Petri. Olaus werd nu benoemd als prediker in Grote Kerk van de nieuwe hoofdstad Stockholm. Daar trad Olaus Petri een jaar later in het huwelijk – eden krachtig signaal tegen de regels van Rome. De toch al boze bisschop was woest, nog wel het meest vanwege het feit dat de mis-tekst bij de huwelijkssluiting in de Zweedse taal was uitgesproken.
Dispuut
De anti-Rome houding van Gustaaf Wasa betekende echter nog niet dat Zweden pro-Luther was. Toch begon dat er wel steeds meer op te lijken, getuige het door de koning in 1527 uitgeschreven openbaar dispuut waar de Dominicaner monnik Peder Galle het moest opnemen tegen Olaus Petri. Voor dit ‘gesprek’ had Petri met koninklijke goedkeuring een serie vragen opgesteld waarop Galle een antwoord moest geven, waarna deze kon rekenen op een kritische analyse van zijn reactie. Galle verloor het dispuut.
De volgende stap van de koning liet over zijn godsdienstige gezindheid geen enkele twijfel meer bestaan: hij liet zich kort na het dispuut in de Dom van Uppsala kronen tot koning der Zweden. Daarbij hield Olaus Petri een sterk luthers getinte preek: de koning was door God aangesteld om zijn volk te regeren in overeenstemming met Zijn voorgeschreven ordeningen die men in de Bijbel aantrof.
De definitieve overgang naar de Reformatie in de zaak van de benoeming van een nieuwe aartsbisschop: in plaats van de kandidaat van de paus benoemde hij Laurentius Petri tot aartsbisschop van Zweden, met als standplaats Uppsala. De breuk met het pauselijke Rome was nu een feit, 1531.
Tirannieke koning
Olaus Petri die naast theologie ook geschoold was in het humanisme en daarmee breed inzetbaar was, diende de koning rond 1531 als kanselier. Maar de verhouding tot de koning veranderde sterk toen Petri kritiek liet horen op de koninklijke machtsaanspraken in de kerk; deze betroffen de kerkelijke goederen en de inkomsten uit het kloosterbezit. Olaus Petri viel in 1540 in ongenade en de grillige Gustaaf Wasa zette door dat deze dienaar ter dood veroordeeld werd. Maar de executie werd niet voltrokken, Petri werd begenadigd en zijn straf werd omgezet in een fikse boete die de stad Stockholm voor haar rekening nam! Daarna bleef Olaus Petri het ambt vervullen van predikant aan de Domkerk in Stockholm.
De jaren ’30 eindigden met de officiële verklaring dat de kerk van Zweden zich voortaan als evangelisch liet kennen; daarvoor had de koning de Duitse theoloog Georg Norman in geschakeld die met een aanbeveling van Luther en Melanchthon waarbij de kerk onder het koninklijk gezag geplaatst was: de koning was de beschermer van de kerk, wat werd aangegeven met de term ‘cura religionis’.
Dubbele taak
Samen met zijn broer Laurentius ijverde Olaus sterk voor de verbreiding en verdieping van de Reformatie. Er lag feitelijk een dubbele taak: volsta niet alleen met een preek voor mensen die soms eens in de kerk komen, maar probeer door te dringen tot het hart van de hoorders. Anders gezegd: streef ernaar om te voorkomen dat de kerk der Reformatie vervalt tot een volkskerk, maar laat ze zich in leer en leven helemaal richten op Gods Woord. Gehoorzaamheid is niet maar een kwestie van horen – al moet daar wel mee beginnen – maar het moet komen tot een leven tot Gods eer. Nu was Olaus Petri zich hiervan terdege bewust. Hij ijverde dan ook sterk voor de vertaling in het Zweeds van een groot aantal Bijbelboeken, wat tenslotte, met medewerking van zijn broer Laurentius en ook van de geleerde Laurentius Andreae, uitmondde in de zogeheten Gustav-Wasa Bijbel(1541), een complete Bijbel die gedrukt werd op de koninklijke drukkerij. Tevens voorzag Olaus Petri het in te voeren kerkboek van een reeks van liederen en gebeden en zelfs van een aantal polemische geschriften.
Op 19 april 1552 overleed Olaus Petri, twee jaar later overleed ook Laurentius Andreae en in 1560 stierf koning Gustav Wasa. Met het overlijden in 1571 van Laurentius Petri had de eerste generatie leiders van de Reformatie in Zweden haar taak volbracht. Zij waren de gangmakers en grondleggers van de Reformatie geweest. Deze kerkvernieuwing ging nu een tweede fase in, die ertoe leidde dat de Zweedse bevolking op papier wel tot de Lutherse kerk behoorde, maar dat het kerkbezoek op een laag peil stond – of misschien beter gezegd: op een laag peil bleef staan.
Bovendien was er een voortdurende zorg dat de invloed van Rome, door het optreden van Jezuïeten vanuit Polen, weer zou toenemen. Tot in de 30-jarige oorlog (1618-1648) heeft Zweden in de Europese wereld steeds de keus gemaakt voor de verdediging van de Reformatie – daarbij denken we met name aan het dappere optreden van koning Gustav Adolf in deze oorlog.
Literatuur
Ole Peter Grell, The Scandinavian Reformation from evangelical movement to institutionalization of Reform.Cambridge 1995; vgl. de bijdrage van Grell, ‘Scandinavië’; in: Andrew Pettegree, The Early Reformation in Europe. Cambridge 1992, pp. 112 ff.
Trygve R. Skarsten, ‘Olaus and Laurentius Petri’; in: Hans J. Hillerbrand (Ed.), The Oxford Encyclopedia of the Reformation. New York/Oxford 1996